Eerst moeten we even weten wat de bijbel hierover zegt. Het is te lezen in Leviticus 11.
Mozes krijgt van God te horen dat hij het volk moet leren welke dieren wel of niet gegeten mogen worden. God zegt:
1 ‘Geef de Israëlieten – Mijn volk - de volgende regels over de dieren die ze mogen eten’:
1-8: Alle dieren die gespleten hoeven hebben, mogen gegeten als die dieren ook herkauwen. De hoeven moeten helemaal gespleten zijn. Kamelen dus niet en ook geen varkens, klipdassen, hazen. Hun hoeven zijn wel helemaal in tweeën gespleten, maar ze herkauwen niet). Ze zijn onrein voor je. En hun aas (vlees van een dood gevonden dier) mag je het niet aanraken.
9 De volgende waterdieren mogen jullie eten: alle dieren in de zeeën en rivieren die vinnen én schubben hebben.10 Maar alle waterdieren die geen vinnen of geen schubben hebben, moeten jullie walgelijk vinden. 11 Jullie mogen ze niet eten. En als jullie een dood dier vinden, mogen jullie het niet aanraken.
13 De volgende vogels moeten jullie walgelijk vinden en mogen jullie niet eten: arenden, lammergieren, haviken en zeearenden, wouw, alle soorten gieren, raven, de struisvogel, katuil, de meeuw, alle soorten sperwers, de steenuil, de aalscholver en de oehoe, de witte uil, de pelikaan, de aasgier, de ooievaar, alle soorten reigers, de hop en de vleermuis.
20 Al het wemelend gedierte met vleugels, dat op vier poten gaat, zal u een gruwel zijn.
Wat je wel mag eten van deze groep is wat boven zijn voeten dijen heeft om daarmee over de grond te springen: alle soorten sprinkhanen, treksprinkhanen, velsprinkhanen, kleine treksprinkhanen.
26 Alle dieren die gespleten hoeven hebben die niet helemaal in tweeën gespleten zijn, en die niet herkauwen, zijn onrein voor jullie. Als je die aanraakt, word je onrein.
27 Ook alle dieren met vier poten die op hun platte voetlopen (zoolgangers), zijn onrein voor jullie. Als je een dood dier aanraakt, ben je tot de avond onrein. 28 En als je een dood dier opraapt, moet je je kleren wassen en ben je tot de avond onrein. Ze zijn onrein voor jullie.
29 Van alle kruipende dieren zijn de volgende dieren onrein voor jullie: mol, muis, alle soorten padden, egel, waraan, hagedis, slak, kamelion. 31 Deze kruipende dieren zijn onrein voor jullie. Als je ze aanraakt als ze dood zijn, ben je tot de avond onrein. 32 En alles waarop een onrein dood dier valt, is onrein geworden. Elke houten pot of kledingstuk of vacht of zak of ander voorwerp moet in het water gelegd worden en is tot de avond onrein. Daarna zal het weer rein zijn. 33 En als een onrein dood dier in een pot van gebakken klei valt, is alles wat in de pot zit onrein geworden. En de pot moet je stukbreken.
34 Als water dat gebruikt is voor het afwassen van een onrein voorwerp, op eten valt, is dat eten onrein geworden. En alle dranken worden onrein als er zulk waswater valt op de kruik waar die drank in zit. 35 En alles waarop een onrein dood dier valt, is onrein geworden. Ook de oven en de bakpan moeten dan gebroken worden omdat ze onrein zijn geworden. Ze zijn onrein, en jullie moeten ze ook onrein vinden. 36 Maar een bron, of een put waarin water verzameld wordt, blijft rein. Maar als je een onrein dood dier aanraakt, word je onrein. 37 En als een onrein dood dier valt op zaad dat gezaaid moet worden, dan blijft dat zaad rein. 38 Maar als er water op dat zaad gedaan is en er valt een onrein dood dier op, dan is het onrein voor jullie.
39 Als een dier van je vee doodgaat, dan is iedereen die dat dode dier aanraakt tot de avond onrein. 40 En als iemand van het dode dier eet, moet hij zijn kleren wassen en is hij tot de avond onrein. Als iemand het dode dier opraapt, moet hij zijn kleren wassen en is hij tot de avond onrein.
41 Alle kruipende dieren zijn walgelijk. Jullie mogen ze niet eten. 42 Alle dieren die op hun buik kruipen, op vier pootjes lopen of op meer pootjes rondkruipen, mogen jullie niet eten. 43 Maak jezelf niet tot iets walgelijks door kruipende dieren te eten. Maak jezelf daarmee niet onrein. 44 Want Ik ben jullie Heer God. Zorg ervoor dat jullie heilig leven. Leef heilig, want Ik ben heilig. Maak jezelf niet onrein door kruipende dieren te eten. 45 Want Ik ben de Heer en Ik heb jullie uit Egypte bevrijd om jullie God te zijn. Leef heilig, want Ik ben heilig.
46 Dit zijn de wetten over het vee, de vogels en alle dieren in het water en op de grond.
47 Zo maak Ik verschil tussen rein en onrein, tussen dieren die jullie mogen eten en dieren die jullie niet mogen eten."
Gods uitverkoren volk – de Israëlieten – betreft niet een bepaalde groep mensen die op meer liefde van God kan rekenen dan andere mensen. Nee, de Israëlieten waren het enige volk dat nog begreep dat er maar één God was die alles had geschapen, het leven gaf en is. Alleen dit volk kon om dit geloof, te midden van de onwetende volkeren weten en het beste begrijpen wat het doel is van God.
Zij wisten immers dat je God alleen kon dienen door liefhebben, maar niet door pleasen, vergeving vragen en weer doorgaan met je liefdeloos tegennatuurlijk gedrag en doen van wat je lichaam wilde. Ieder mens die wil behoren bij ‘Zijn volk’ is de uitverkoren mens, de Is -Ra -El -iet: de mens als kind van God, dus God als Vader, Bron, Oorzaak en Doel wil zien en hiernaar leeft.
God gaf voor deze mens – die bij God wil horen en Hem als Vader, Bron en Doel wil erkennen en vanuit Hem en Zijn wezen wil leven - dus IEDER mens - de adviezen die die weg van leven op aarde en thuiskomen in Zijn volmaakte geestelijke wereld na dit aardse leven zo gemakkelijk mogelijk zou gaan met zo min mogelijk lijden. Wie zich zou houden aan Gods geboden, zou veel narigheid bespaard worden. Door het houden aan de eenvoudige geboden lief te hebben, zou de mensheid een goede ontwikkeling doormaken en welvaart voor ieder kennen, waarin ieder vrij was zijn unieke zo zijn uit te drukken ter ere van God (de liefde en enige waarheid van belang voor wie, wat ook).
De wilde dieren staan letterlijk voor wilde dieren, waar je voor moet uitkijken en die je zelfs kunnen doden, maar ook voor alle lagere driften, hartstochten die je ziel afhouden van goed doen. Alle hartstochten die niet uit liefde zoals God dit bedoelt worden bevredigd, houden de mens af van heelheid en verzwakken hem. Zo kan de ziel dus gedood worden (totaal onbewust worden van wie zij is en bedoeld is te zijn) door het maar inwilligen van haar meest dierlijke wensen, lusten, drives die zij of haar lichaam heeft. De bijbel waarschuwt ervoor deze onreinheden - bepaalde onreine dieren - niet te eten, anders gezegd bepaalde hartstochten niet te consumeren en ze te weerstaan.
De geboden van wat wel of niet geschikt was te eten waren van groot belang, want ook wat gegeten wordt, bepaalt de lichamelijkheid, gezondheid, ziekte maar ook de helderheid van de ziel, die door zo veel mogelijk zuiver te blijven, de beste beslissingen kan maken om er haar lichaam mee te sturen en te voeden, waardoor veel ellende zou worden voorkomen. Ook kan door het zich houden aan Gods adviezen Gods geest zich het beste verbinden met de ziel van de mens in het hart, zodat de ziel elk moment dat dit nodig is, de juiste leiding, kracht, richting en kennis zou ontvangen, dus de mens nooit zonder God zou zijn. Bepaalde voeding maar ook wensen, gedrag maken wie je bent...
Al wat is bestaat uit bewustzijn, bepaalde intelligentie, wat dus de mens verrijkt als dit bewustzijn licht toevoegt, maar verarmt als dit de mens bewustzijn ontneemt! De mens vertroebelt dus zijn geestelijk wezen door zich niet te houden aan Gods liefdesgeboden (adviezen beter gezegd), maar verheldert zijn geestelijk wezen dat hem bezielt als hij trouw is aan de waarheid die liefde is, waardoor hij beter zichzelf kan zijn of worden en zo dicht mogelijk bij God kan leven, waardoor hij optimaal beschermd is tegen fouten (van zichzelf en anderen) die zijn ziel en lichaam belasten en verzwakken omdat zij bewustzijn ontnemen en verkeerd, liefdeloos bewustzijn opnemen.
Zelfs God kon er niet van buiten dat het materiële leven nu eenmaal beperking en dus lijden inhoudt. Immers, de materie, hoe, wanneer, waar dan ook, is opgebouwd uit bewustzijn dat liefde tekort heeft (zie mijn boeken, artikelen hierover). God heeft nooit in principe de materiële wereld gewild. Alles was er immers al in de pure geestelijke wereld voorhanden en te ontwikkelen. Pas toen geesten zich gingen afzonderen en dachten te kunnen leven ‘buiten’ God, ontstond in lange, onvoorstelbaar lange tijd de materiële wereld uit dat afgezonderde bewustzijn waarin in lange tijden het leven werd vormgegeven in steeds meer complexiteit, totdat uiteindelijk de mensenziel kon worden gevormd. Pas in hem zou het bewustzijn weer terug kunnen komen in Gods kern, waardoor dan weer de geestelijke perfecte wereld feit zou zijn zoals God dit voor ieder wilde, omdat immers in die perfecte geestelijke wereld al het bewustzijn bevrijd zou zijn van welke waan, ego, strijd, ellende, ziekte, verdeeldheid dan ook (waarom dit zo is is in mijn boeken te lezen of ook in andere artikelen).
De mens bestaat uit een gehele verzameling al meer of minder ontwikkeld bepaald bewustzijn.
Al naar gelang bewustzijn meer liefdevol is, is het meer vrij. Is het bewustzijn niet liefdevol, dan is het bewustzijn vast en onbeweeglijk en zelfs star. Eigenlijk hoor je te zeggen dat dat bewustzijn dan niet bewust is van zichzelf en wat het leven is!
De Geest van God die de mens leidt, is de kiem perfect bewustzijn die in de mens het geweten vormt. Het is de Bron die in de mens dient te worden ontwikkeld, door er eerst van te weten dat de mens deze Bron in zich draagt, hem het leven geeft en gehoord wil worden. Deze Bron behoedt de mens voor onnodig leed. Door zich te richten naar wat deze Bron wil, zal de mens deze kennis-, krachtbron aanboren en sterker maken, waardoor de mens steeds makkelijker de juiste weg zal weten te vinden en ook gáát, als hij er liefde voor heeft.
Hoe meer liefde een mens heeft, des te meer licht zijn ziel heeft en des te meer die mens begrijpt hoe het leven in elkaar zit en hij zich dus bewust is.
De ziel van de mens is een verzameling bewustzijn in unieke, persoonlijke ‘vorm en samenstelling’, waardoor ieder mens anders is dan de ander, maar de wezenlijke taak heeft om God zoals dit in zich wil, uitdrukt en gebruikt om er de medemens mee van dienst te zijn, waardoor er een prachtige samenleving ontstaat van elkaar dienen en gediend worden vanuit de behoefte ECHT te zijn, dus te zijn zoals God dit in hem wil.
Het lichaam van de mens is een verzameling bewustzijn dat nog geheel onwetend, onvrij en egoïstisch en dus dierlijk is. Het kan zich alleen maar ontwikkelen door de ziel van de mens te dienen. Dat is in de praktijk dat het lichaam uitvoert wat de ziel van de mens het lichaam opdraagt.
Kunst voor de mens is het om dus zo bewust mogelijk te worden van wat de Geest in de mens wil en dus de ziel te laten willen wat die geest wil en de verbanden die er zijn, te zien, wil de mens ziekte, narigheid voorkomen.
Voeding voor de mens komt uit licht (zon, energie) lucht en water. Want in wezen is iedere levensvorm opgebouwd uit talloze 'soorten', golflengten licht.
Gedachten, overtuigingen, wensen zijn ook ‘soorten bewustzijn’ die de mens voeden. Ze vormen meer of minder licht (van een bepaalde soort en kwaliteit) in de ziel al naar gelang deze gedachten en overtuigen en wensen liefde zijn of niet. Een mens kan werkelijk verzuren, zelfs ziek worden door verkeerde gedachten, wensen en overtuigingen, maar ook door bijvoorbeeld haat, gevoelens van minderwaardigheid, wrok, hopeloosheid, maar ook blij en sterk worden door hoop, liefdevolle gedachten en daden.
Wil de mens geen prooi zijn aan willekeur of aan wat anderen wensen en de mens wil geen slachtoffer zijn van de orde van de natuur die hard kan zijn, dient de mensenziel zich te moeten willen voegen naar wat de geest de ziel laat weten. Zo voedt dus ook de geest (van liefde en waarheid, kortom alle positieve hoedanigheden) de mens tot een sterk, uniek, respectvol, gezagvol wezen, dat de natuur en de medemens dient vanuit het doen wat de geest in hem wil.
Waar de mens het contact verliest met zijn geest, wordt de mensenziel prooi van het lichaam dat per definitie wil heersen en de mens verleidt tot het doen van dát wat de ziel en het lichaam verzwakt. Zou de mens geheel niet luisteren naar het hogere in hem, dan zou zijn lichaam al snel dood gaan.
Een ingeboren automatisme zorgt ervoor dat het lichaam zoveel mogelijk is beschermd. Dit is te merken aan het ‘weten’ dat je niet van te hoge hoogte kunt springen zonder gevaar voor je lichaam, je je niet kunt branden aan vuur, je niet kunt vliegen, je niet onder water kunt blijven, je je hart niet kunt stoppen te kloppen enzovoort. Ook al is een mens roekeloos in bepaalde facetten van zijn bestaan, is er een natuurlijke grens waar een normaal mens niet overheen zal gaan en zal de mens weten wat hij doet. Hij zal zich waar hij dit wil en grenzen willen of moeten verleggen, zich moeten oefenen in het beheersen van natuurwetten voor zover dit bij hem past. Doorgaans zoekt een gemiddeld lichaam uit een zekere gewoonte, star vast houden aan patronen, maar ook uit angst voor inspanning, afzien of pijn, gemak, of luiheid niet dat verleggen van grenzen. Ook is het het LEVEN in de mens zelf die de mens weerhoudt van het doen van onverantwoordelijke dingen. Zelfdestructief gedrag is er echter wél, waar de ziel onwijs is (onbewust is van wie zij is en wat het leven is), slaaf wordt van wat het lichaam wil, of van de verleidingen die er zijn in de materie en die de ziel afhouden van de eenwording met haar geest (van God) wat de bedoeling is.
Een mens dient dus de ‘wilde dieren te temmen’. Daarom staat er ook in Genesis te lezen dat ‘de mens heerse over de wilde dieren’.
Door het eten of drinken van bepaalde voeding neemt de mens bewustzijn op.
Het meest vrije, hoger ontwikkelde al willen dienende bewustzijn uit de voeding dient de ziel die dus wordt verrijkt met goede kwaliteit van dat bewustzijn.
Het bewustzijn wat lager ontwikkeld is, dient het lichaam in haar meer fijnere substantie.
Het nog lager bewustzijn dat nog zeer egoïstisch, star en onbeweeglijk is en meer onderhavig is aan de natuurwetten, dient de laagste lichamelijke systemen zoals b.v. grovere weefsels en de botten.
Licht, lucht, water, een plant, dier bestaan uit een verzameling bewustzijn (licht, dus leven) van allerlei soort.
In planten zit voldoende fijnere ook zelfs etherisch bewustzijn dat de mens dient.
In dieren zit dat ook, maar bevat ook meer grofstoffelijk bewustzijn.
In de dierenwereld is er een verdeling van klassen in ontwikkeling naar liefde of eigenliefde, waar het steeds weer om gaat.
Alle organismen bestaan uit bewustzijn in allerlei vormen en stadia onderweg in allerlei fasen van bewustzijn van wat werkelijk liefde is en.. wordt dit al wel of nog lang niet gezocht en gepraktiseerd.
Een krokodil is nog helemaal niet bezig met liefde voor het andere. Hij heeft alleen ‘liefde’ voor zijn jongen tot op zekere hoogte en doodt daarvoor en voor zijn eigen instandhouding alles wat hij tegenkomt. Een koe heeft al veel meer liefde voor andere organismen, waardoor deze ook tam is te maken. De koe laat ook al het jong bij haar drinken, verzorgt heel lang het jong en zal nooit een ander opeten om er beter door te worden. Het dier hoeft alleen maar gras en water en doodt ook geen ander dier om zichzelf te voeden.
Wilde dieren hebben meer eigenliefde en hebben alleen voldoende ‘liefde’ om de soort voort te planten, de ander van zich af te jagen en waar nodig de jongen te verzorgen. Deze liefde is niet dienstbaar aan het andere, maar gebruikt het andere om er zelf beter van te worden. Er is nog veel eigenliefde (eigenbelang). Zodra er een bepaald punt in ontwikkeling wordt bereikt laat de ‘ouder’ het jong los en weet het niets meer van het jong.
Hoger ontwikkelde dieren komen al dichter bij de mens en gaan er zelfs al op lijken. Ze hebben hoogstaandere normen en gedragingen en laten meer en meer liefde naar de ander zien. Ze zijn daarom trouw, kunnen iets aanleren en hebben er plezier in om een mens te dienen.
Er blijft echter altijd iets in het karakter van een dier dat voor eigenbelang vecht. Daarom kan een dier iemand doden die zijn baas aanvalt. De prooi is nodig om bewustzijn dat ontbreekt aan het eigen organisme, maar wat wel nodig is om er door te ontwikkelen, op te nemen!
In het bloed huist het hoogste bewustzijn van etherische aard… de ziel (van een dier of mens). Dat wordt het snelst opgenomen door het organisme dat dat bloed in zich opneemt (prooi). De mens heeft het meest hoogstaande, meest vrije bewustzijn dat al vrij is om een keus te kunnen maken uit vrije wil. In hem is alle bewustzijn dat hij nodig heeft, aanwezig, maar hij moet dat bewustzijn zuiveren door toe te nemen aan liefde. Opnemen van liefdeloosheid in de vorm van onwetend, onwillend bewustzijn via zijn prooi (voeding) is dus niet de bedoeling. Wél het zich sober voeden met vruchten, fruit, groenten en vlees van hoogstaand niveau, waardoor bewustzijn wordt geïntegreerd dat PAST bij de fase van ontwikkeling die de mens doormaakt of wil eigen maken.
Dat onderscheidt ook de mens van welk hoogst ontwikkeld dier dan ook!
De mens heeft Gods geest als kiem ter ontwikkeling in hem gelegd, gekregen. Bij geen enkel dier is dit zo. Daarom is ook een mens geen dier, al kan hij zich wel dierlijk gedragen en dieper zinken dan een dier vanwege zijn eigen gekozen liefdeloosheid, waarbij hij de geest in hem negeert en verzwakt en zijn lichamelijkheid meer dierlijk wordt.
Door de ademhaling komt het bewustzijn uit de ether via het zonlicht in ons lichaam, wat ons in staat stelt te leven. Zonder licht, zonder zuurstof dat de drager is van Gods geest, geen leven!
Ook bij dieren is het zo dat de hoogst ontwikkelde dieren met een al rijpere ziel zuurstof nodig hebben. Lager ontwikkelde dieren hebben minder licht nodig en leven graag in b.v. vochtige, donkere plekken. Nog lager ontwikkelde planten of diertjes leven van puur afval en gedijen in de meest vunzige rommel, vocht, totale donkerte afgesloten van licht, lucht, soms zelfs water. Zij willen nog helemaal geen liefde opnemen en gedijen alleen dus op wat niet liefde is. Zo kunnen ook zeer laag ontwikkelde organismen alleen op aas (dood vlees) leven. Dat organisme leeft van niets anders dan het laagste meest materiële bewustzijn. Het geweldige is echter weer in het hele leven, waar je ook kijkt, dat het ene organisme het andere dient. Daarom lost ook aas op door de omzetting van zijn ‘lichaam’, dóór dat organisme dat van hem bestaat!.
Een schimmel komt bijvoorbeeld ook weer in ontwikkeling en vormt bij zijn opname van stoffen uit zijn omgeving, deze stoffen tot een hogere fase van zijn, waardoor hij dus meewerkt aan verlossen van nog harder liefdelozer bewustzijn dat hij opnam.
Het hele leven is opnemen en loslaten van bewustzijn opdat dat bewustzijn vrij wordt en in een hogere fase van ontwikkeling komt wat groei is en dat nieuwe organisme dus toeneemt aan kennis, inzicht, kracht, mogelijkheden. Mogelijkheden worden dus steeds meer complex, waardoor ook de lichamen meer complex moeten zijn om dat meer aan die mogelijkheden te kunnen uitvoeren en benutten.
Zo is er in opgaande lijn dus een geboren worden en sterven van organismen onzichtbaar klein en simpel tot aan mega grote complexe lichaam als een ster, planeet. Toch is het meest complexe lichaam dat van een mens omdat in hem alles, maar dan ook alle bewustzijn is verenigd.
Daarom kan hij ook op God gáán lijken, wat pas gebeurt als hij al het in hem aanwezige bewustzijn ontdoet van ego, liefdeloosheid, totdat er geen enkel deeltje donkerte meer aanwezig is en ALLES in hem verlicht is!
De mens is Gods kind, evenbeeld in het mini, maar kan worden als God als hij AL Gods licht in hem weer bewust wordt en dit uitdeelt! Dat is het ontstaan, het zijn (wonen) in de hoogste hemel.
Water is verdichte lucht. Lucht is verdicht licht. Licht is verdicht bewustzijn!
Bij de dood van een dierlijk of plantaardig lichaam komt het meest verheven bewustzijn van de ziel vrij en zoekt het andere verbindingen waardoor er nieuwere organismen worden gevormd of wordt er nieuw bewustzijn opgenomen tot een nieuwe levensvorm om er een hoger organisme mee te vormen.
Geen bewustzijn gaan verloren. Alles dient elkaar om er meer vrij door te worden.
De mensenziel blijft evenwel na de lichamelijke dood dezelfde en wordt nooit en te nimmer opgenomen in een ander organisme, of verdwijnt ergens in het niets. Een mensenziel blijft dus eeuwig en altijd dezelfde, maar vervolmaakt zich eindeloos. Waar zij kansen had laten liggen om toe te nemen in liefde tot God, zichzelf en medemens, kan zij als zij dit echt wil in het geestelijk leven ook nog groeien. Ze moet echter wachten totdat alles wat op aarde nog wachtte op loslaten en moest worden geleerd, uitgewerkt, bij haar ziel kan worden gevoegd (lees over ook deze materie mijn boek over orgaandonatie).
Er is een hiërarchie van talloze organismen simpel, klein tot mega complex en groot van dienen en gediend worden. Het meest verstokte, onvrije, liefdeloze bewustzijn maakt deel uit van de lichamen. Het meer vrije, de hogere fijnere weefsels. Het nog vrijer en dus liefdevoller bewustzijn (licht van bepaalde aard) vormt het zenuwstelsel en het meest hoge bewustzijn verrijkt de ziel (puur licht).
Door bepaalde dieren of planten wel of niet te eten voeg je dus bepaald bewustzijn van een bepaalde kwaliteit liefde (licht) en dus ontwikkeling toe dat de mens helpt om er een beter mens door te worden. Men zegt niet voor niets: ‘de mens is wat hij eet’.
Door giftige dingen te eten wordt de mens ziek of sterft hij zelfs. Iets dat giftig is, bevat bewustzijn dat zó egoïstisch op zichzelf gericht is, dat het alle leven naar zich toe trekt om er zelf beter van te worden. Voedingsmiddelen zijn slecht voor de mens als ze niet passen bij zijn organisme en dit verzwakken en de ziel dus kansen tot groei ontnemen. Ook de ziel moet dus niet verzwakken, maar dient toe te nemen aan licht, dus aan bewustzijn zodat in dat licht de ziel heel goed haar zwakten kan zien, haar wensen en wil kan onderzoeken en een betere keus kan maken en sterker is om de dierlijke trekken, hartstochten, noden van het lichaam en het ego in haar ziel te weerstaan.
Eiwitten staan voor materie die ons lichaam in staat stellen allerlei stoffen te bouwen uit die deeltjes waar eiwitten uit ontstaan. Als je kijkt naar het soort bewustzijn wat eiwitten vormt, hebben we te maken met zeer materieel maar ook veel minder ’vriendelijker’, vrijer bewustzijn. Hoe grofstoffelijker het eiwit is, des te minder makkelijker het af te breken en te verwerken is voor het menselijk lichaam. Alles draait eigenlijk om de basisstof eiwit van velerlei soort, waaruit enorme complexe stoffen gebouwd kunnen worden door ons lichaam. Eiwitten dienen als opnemers, transporters, omvormers voor weer HOGER bewustzijn. Het eiwit dient het menselijk lichaam.
In grofste vorm b.v. als substantie waar ons bot uit wordt gevormd, in fijnste vorm als onderdeel van b.v. neurotransmitters. Een mens moet de meeste eiwitten opnemen uit zijn voeding. Dat begint al bij de baby die de moedermelk moet hebben om te kunnen groeien.
Het eiwit waar varkensvlees uit bestaat is nog veel te lastig voor een mens om dit te verteren, kapot te maken en te verdelen in korte stukjes. Als waarschuwing wekt daarom eten van varkensvlees vaak een histamine productie op. Deze stof veroorzaakt echter ongewenste lichaamsreacties, die mensen ongemak maar ook ernstige ziekte kan opleveren. Niets voor niets zegt de bijbel dat de mens geen varkensvlees moet eten, en als dat nodig is en niet anders kan, dit vlees voorverteert door het te marineren in bepaalde kruiden, waardoor er ’alvast veel voorwerk gedaan is’, opdat al belaste of zwakke of gevoeligere lichamen beter kunnen omgaan met dat varkensvlees.
Zo zijn er meer aanwijzingen gegeven hoe je bepaald voedsel je het beste kunt eten, wanneer je dit het beste kunt oogsten, bewaren, vermengen, klaar moet maken, omdat door deze processen bepaald bewustzijn wordt toegevoegd, of weggehaald of wordt ‘verzacht, verzwakt of al uit elkaar gehaald’, zodat het makkelijker opneembaar is of minder schadelijk. Door allerlei processen van koken, garen, bewaren enzovoort, verzwak je ziekmakend bewustzijn en bewaar je het meest hogere, heilzame bewustzijn. De vele oude volkswijsheden, tips van overgrootmoeder enzovoort, getuigen van wezenlijk belangrijke kennis, maar worden amper meer gezien als wijs en veilig. Uiteraard is hier en daar sprake van bijgeloof, maar berust veel kennis op innerlijke wijsheid, doorgegeven sinds eeuwen lang. Veel natuurgeneeskundige kennis is gebaseerd op ook deze oude wijsheden. Natuurgeneeskunde kan – omdat ze al het leven holistisch beziet en niet de mens in vakjes en stofjes verdeelt – makkelijker onderscheid maken tussen zin en onzin, veilig of onveilig, zeker als er een goede medische opleiding aanwezig is.
De ene ziel is meer agressief dan de ander. Geen ziel is perfect, dus is er agressie (of een andere vorm van liefde tekort) in de ziel. Dat is te zien in bepaalde groepen. Een agressieve beer is veel gevaarlijker dan een agressieve duif. Je hebt veel meer kans een agressieve krokodil tegen te komen dan een agressieve ram. De agressiviteit van een schimmel is heel groot. Het maakt alles in zijn omgeving kapot. Alles is er om door de schimmel opgevreten, vernietigd, doordrongen te worden… Bepaalde soorten dieren hebben meer eigenliefde, wat zich vertaalt in van zich afbijten en vechten, alles voor zichzelf willen, dan liefde geven. Het is leven en overleven, eten en gegeten worden. Bewustzijn opdoen of afstaan. Het instinct van deze lagere dieren is alleen gericht op survival of the fittest. Dieren die al veel meer liefde hebben zijn de dieren die al meer sociaal zijn. Zij willen en kunnen al meer samenwerken. Wilde dieren hebben zorg voor alleen hun eigen toco, veel meer dan een slak dat heeft. Deze glibbert overal heen, als de vochtigheid hem maar zint. Hij laat zich brengen en doen wat zijn instinct hem zegt. Overal waar een dier nog geen hoge mate van vrije wil heeft, heerst zijn instinct. Waar een dier al meer liefde heeft eigen gemaakt, leeft hij ook uit instinct, want dit bepaalt wat hij doet, eet enzovoort. Maar waar minder liefde is, is er een hoge mate van egoïstisch instinct gericht op alleen overleven en voortplanten.. Overal, in alle diergroepen en families zijn gradaties en nuanceringen van agressiviteit, maar als er agressie is dan komt dat altijd door tekort aan liefde voor het andere en door meer liefde voor de eigenheid en of soort. Het is overal leven en overleven. Zou de mens krokodil eten, dan verdierlijkt zijn ziel – zeker als hij dat bloed zou drinken - omdat hij daardoor bewustzijn opneemt van een veel lagere soort. Sterker nog, hij zou het niet overleven. Vlees kan werkelijk ziek of gek maken als het bewustzijn voor de mens te schadelijk is, dus verboden is, wat meteen kan maar ook op de lange duur!
Een mens heeft geen instinct. Hij doet wat zijn ziel, geest of lichaam opdraagt. Hij doet dat uit vrije wil maar is dit helaas amper meer bewust! Mensen die heel materialistisch geworden zijn en dus een groot ego hebben en een lager bewustzijn hebben, volgen vaker eerder hun lagere instincten dan dat de ziel weerstand biedt. Ze volgen ook eerder dat wat hun verstand hen zegt. Wat ze geleerd hebben, zien ze dikwijls als waar. Ze nemen meer genoegen met wat de algemene opinie zegt en vraagt. Ze hebben weinig contact met hun intuïtie (innerlijk weten dat van God is) dat vaak iets anders zegt en verdieping in iets dat gezegd of gedaan wordt, laat zien. Waar de intuïtie wel wordt gevoeld, luisteren ze hier niet graag naar en volgen ze liever dat wat hun lichaam, hun verstand en dus de buitenwereld zegt en vraagt. Een dergelijk mens maakt het zichzelf (en zijn medemens) hierdoor niet makkelijk.
Het doel is dat de mens zo bewust mogelijk uit zoveel mogelijk liefde voor de waarheid doet wat nodig is. Hij hoort dus uit te voeren wat de liefde en waarheid in hem willen. Zijn geweten is hierbij richtlijn. Dat geweten wordt gevormd door wat die mens diep van binnen (in zijn hart) gelooft, wil en denkt. Hij doet vervolgens dat wat dat wat hij wil, gelooft en denkt en ervaart dat dat gebeurt, dus ‘waar wordt’. Hierdoor krijgt hij bevestigd dat wat hij wilde, dacht, geloofde ook echt is. Je intuïtie gebruiken betekent dat je je diepe weten volgt omdat je ‘gewoon weet dat dit goed is’, zonder dat je dit overigens altijd maar kunt beredeneren. Je bent dan goed verbonden met je innerlijke leiding, Gods geest.
Als een mens ziet dat iets hem ongeluk, pech, ziekte brengt zal die mens deemoedig, klein moeten zijn en moeten erkennen dat er iets in zijn wil niet oké was. Zodoende leert de mens dus van en door zijn tegenspoed! Dáárom IS er ook tegenspoed, want anders zou er geen groei zijn!
De mens komt juist tot inzicht dóór zijn ervaringen. Zonder te ervaren is er geen ontwikkeling en zelfs geen leven mogelijk. Léven is immers ervaren en… groeien! Ervaren is groeien. Hij hoeft alleen maar bewust te worden van oorzaak en gevolg. Dat lukt pas als hij liefde voor zichzelf - voor de waarheid die in hem is - heeft. Hij wil dan immers niets anders dan zoveel mogelijk groeien in echt zijn, omdat hij ervaart dat hem dat heel veel lijden scheelt! Dat wil allemaal net zeggen dat je allemaal meteen maar het gevolg ziet of herkent van een bepaalde oorzaak, maar hoe meer je vanuit je intuïtie, hartsweten leeft, des te makkelijker en sneller je de verbanden ziet en ook kunt en durft af te wachten op een gevolg dat b.v. erg gewenst is, maar nog maar niet lijkt te komen. Lijkt te komen, want soms is iets al bezig zich te vormen, maar zie jij het nut of de ‘contouren’ nog niet!
Als een mens in volstrekte nood verkeert en iets eet dat niet goed voor hem is, maar de mens zegent zijn eten in dankbaarheid, dan is dat eten minder schadelijk! Mensen begrijpen nog onvoldoende het grote nut dat ‘bidden en danken voor het eten’, inderdaad de wens ’wel mag het je bekomen’, beter doet uitkomen. Het is bekend dat als mensen dankbaar hun eten - van welke kwaliteit dit ook is - eten, ze beter en gezonder leven dan mensen die onbewust, ondankbaar en vooral vanzelfsprekend en luisterend naar wat het lichaam wil, alles maar naar binnen schrokken, er niet bij stil staan dat het toch weer een wonder is dat zij te eten hebben. Zij vragen zich vaak niet af of het voedsel dat zij weten, wel goed voor hen is. Ze bemerken ook vaak niet dat het lichaam signalen uitzendt die laten zien dat het ‘eten niet goed bekomt’. Allergieën, opeenhoping van afvalstoffen, onverwerkte stoffen veroorzaken vaker door voedingsmiddelen allerlei kwalen en ook ziekten.
Bij alle aspecten van het leven geldt het dat als een mens met aandacht, liefde en wil iets doet, dit beter gaat. Immers, je doet, wilt iets dan met liefde, dat juist de energie, kracht, het veld schept waarin iets wat eerder geestelijke was, kan ontstáán. Vooraf aan iets materieels, is iets altijd eerst gedacht! Eerst is er geest, vervolgens de uitwerking in het lichaam, de uiterlijke vorm! Een mens is dus werkelijk schepper van wat hij gelooft, wil en doet. Zoals hij doet, was zijn gedachte. Zoals hij wil, gelooft, zal er zijn. Daarom dient de mens zo goed mogelijk te weten wat het goede is!
Hij schept dan ook het goede. Waar de mens zichzelf sterk en zuiver houdt, zal de geest het beste kunnen laten weten, zien en zal de ziel sterker zijn om dat goede te willen, zeggen, doen en dus scheppen!
Het menselijk lichaam bestaat uit grotendeels water. Water is de dragend medium voor welke stoffen dan ook. Water is zeer dienstbaar en wordt direct beïnvloed door gedachten, wensen (gebed) en wil, maar natuurlijk ook voeding. Heel belangrijk om dus het ‘water’ (alle vloeistoffen) in je lichaam van juiste kwaliteit te maken en te houden (te lezen over impact die goede gedachten en energieën hebben op water: Masaru Emoto, de boodschap van water). Water staat ook voor ‘de ware geest’. Daarom is dit tijdperk (Aquarius) de tijd van het aandragen van het ware water, waarmee de wezenlijke betekenis van de Christelijke leer wordt bedoeld. Nu is het de tijd van overgaan van gevangenschap, sappelen, onvrij zijn (5e chakra) en inzien (6e chakra) wat er moet veranderen, wil er een nieuwe betere wereld volgen. Dus geestelijk gezien dienen we ons te laten dopen met het heilige (helende, schoonmakende) water van wat werkelijk liefde en dienstbaarheid is. Dát is de juiste voeding voor al wat leeft en is op aarde! Wilde dieren zijn van vanzelf in de verre minderheid en maken geen kans voor de meer verlichte mens die niet meer voor zijn lagere instincten kiest en doet wat God, de Liefde van hem vraagt!
Nu kun je zeggen dat het onzin, achterhaald en ouderwets is, dat bepaalde dieren als verboden te eten worden genoemd, maar je weet dan niet, dat we het hebben over alle soorten bewustzijn uit bepaalde dieren die de mens niet goed bekomen zullen en hem op de duur zullen verzieken en zwak maken. Vooral ook op geestelijk vlak. Juist de ziel is gebaat bij zuivere lichtvolle dus zo liefdevol mogelijke voeding! Omdat de mens van nu zich bijna niet meer stoort aan wat ooit bij aanvang van de mensheid is meegegeven tot leidraad en steun, denkt hij eigenmachtig als hij is (toppunt van ego) dat hij het allemaal wel kan weten en beredeneren. Uit onderzoek zijn er inderdaad mooie bevestigingen van samenhangen die er zijn tussen geest en materie, waardoor ook gevolgen duidelijk werden, maar zijn nog veel verschijnselen en samenhangen niet onderzocht of vaker nog ontkend en weg gewuifd, omdat ze geen opbrengst hadden, ze de maatschappij niet uitkwamen, geen belang leken te hebben, nutteloos leken te zijn en vaak niet welkom! Alles is er echter om een bepaalde reden.
Gods uitverkoren volk kreeg de voorschriften op allerlei gebied. De Israëlieten - zo staat er in de bijbel te lezen zijn het ‘uitverkoren volk’ aan wie Gods levensadviezen werden gegeven. Met de ‘Israëlieten’ is echter IEDER mens die Gods kind WIL zijn, dus de enige Waarheid wil liefhebben als hoogste goed ziet, bedoeld! De mens die de hoogste waarheid en Liefde in God erkent en wil navolgen, is een Israëliet = kind van God! Geen mens uitgezonderd! Aan hem wordt een makkelijkere weg gewezen om dit kindschap ook te bereiken. De heidense volken kregen deze voorschriften niet. Niet omdat zij niet door God geliefd zijn en niet Zijn kind zouden zijn of konden worden, of een minderwaardige soort zouden zijn, maar omdat zij eerst nog een lange weg te gaan hebben van inzien dat er maar één God is (één doel is en dat is liefde doen) om een goede samenleving überhaupt te kunnen vormen. De kennis en het inzicht, het bewustzijn van de heidense volken was nog te laag ontwikkeld en nog niet toe aan het erkennen van de éne volmaakte Godheid die alles schept, leven geeft, beïnvloedt en heel maakt.
Het was juist de opdracht van Gods volk (de Israëlieten), dat zij de heidenen zouden onderwijzen. Zij hadden immers als enig volk Gods adviezen, om er het goede mee te doen. Vaak ging echter dat onderwijzen gepaard met allerlei geweld omdat dat heidense volk dat nodig had, omdat zij als barbaren leefden en hun vreselijke, liefdeloze, vaak dierlijke leefstijl zorgde voor de meest gruwelijke omstandigheden, ziekten van allerlei aard, die niet mochten worden overgenomen door het uitverkoren volk (enige – niet het beste - volk dat God en zijn wetten als sleutel voor een gezonde samenleving hadden) dat daardoor óók teloor zou gaan. Dáárom kreeg dat volk ook zulke ‘strenge’ regels en zei God dat het het volk ‘wel zou gaan’ als ze zich zouden houden aan Gods adviezen, maar dat het hen slecht zou vergaan ‘tot de dood er zelfs op volgde’ als zij zich zouden inlaten met de afgodische gewoonten en bijgeloof die de heidenen hadden en dus Gods geadviseerde leefstijl zouden loslaten. Geen straf of dreigement, maar een liefdevol laten weten wat de weg is ter preventie en behoudt van welzijn!
Door de adviezen te houden, zuivert de mens die wil (gaan) leven zich, zoals dat past bij een mens die op God wil gaan lijken. Logischerwijze is het te begrijpen dat iemand die op volstrekte liefde wil gaan lijken géén liefdeloosheid wil doen, of opnemen. Hij bereikt immers anders niet zijn doel, wat te begrijpen moet zijn.
Nu zal het ondertussen wat makkelijker te begrijpen zijn, dat de mens zich dus moet voeden met zoveel mogelijk hoog ontwikkeld, dus zuiver voedsel zodat:
-zijn ziel toeneemt aan licht;
-het lichaam minder dierlijk wordt;
-de geest zich makkelijker kan verbinden met het harstweten,
zodat de mens dichter bij zichzelf, dat God in hem is, kan leven en zo min mogelijk lijdt en wantoestanden veroorzaakt.
-de intuïtie wordt verfijnd en de mens steeds beter de hogere geestelijke impulsen, kennis, kracht kan ontvangen en benutten (beter verbonden met God en Zijn engelenwereld).
Industrievoedsel, voedsel dat verontreinigd is met kunstmatige stoffen, dus chemische voedingsstoffen, belast in eerste instantie het lichaam, wat we allemaal wel uit onderzoek - en ook ervaring - kunnen weten, maar zeker ook ons lichtlichaam. Dat lichtlichaam bestaat uit een uitstralend licht (aura) dat gevormd wordt door onze goede gedachten, wil en daden. Dat lichtlichaam is een bijna geestelijk lichaam en wordt gevoed door zonlicht, de ether, de sfeer om ons heen, onze eigen gedachten en overtuigingen maar ook door de meest fijne geestelijke bestanddelen uit onze voeding. De ziel vormt dit lichaam, haar uitstralend licht dat het lichaam van vlees en bloed gezond houdt. Dat lichtlichaam is voor de medemens te voelen als iets dat je ‘weet’ en voelt, maar niet altijd kunt bewijzen, benoemen. Dat lichtlichaam is energetisch te beïnvloeden, maar niet met medische apparatuur te onderzoeken omdat het te fijnstoffelijk is.
De ziel en haar wezen is NOOIT te onderzoeken, aan te tonen, laat staan te bewijzen, omdat de ziel puur geestelijk is. Het lichaam van vlees en bloed is het voertuig voor de ziel. Zonder een lichaam zou de ziel op aarde niets kunnen en niet kunnen ontwikkelen.
Het lichtlichaam bestuurt het lichaam van vlees en bloedt.
De basis van iedere cel is licht. Waar onvoldoende licht is in een cel, gaat deze in de poging licht op te nemen – te léven – woekeren. Kanker is gebrek hebben aan… licht.
Alles wat ziek is, heeft gebrek aan…. licht, dus aan liefde! Alles wat zelf gebrek heeft aan licht, probeert licht, leven te verkrijgen door ongebreideld om zich heen te slaan, te beschadigen en te doden wat op haar pad komt. Dat is in de misdaad te zien, maar ook in de natuur: het recht van de sterkste. In de materie is het altijd het recht van de sterkste die wint. In de geestelijke wereld, is dit de liefde.
Daarom is het van grootst belang zoveel mogelijk licht, leven IN de materie te laten zijn zodat deze zich niet ontwikkelt tot iets dat alles verwoest.. Dit geldt voor een bacterie, een cel, maar ook een planeet,een plant, een dier of... een mens.
Als je zuurstof in haar geestelijk wezen zou zien, dan zie je dat zuurstof een en al sprankelende deeltjes licht van een zeer intense schitterende soort is. Daarom is ook licht de basis, voeding van iedere cel. Licht is een samenpakking, verdichting van allerlei hoedanigheden (eigenschappen) van … liefde! Al ons natuurlijk licht bestaat uit allerlei ideeën uit Gods geestelijk licht! Je mag zeggen dat al wat leeft, bestaat uit gradaties licht. Wat wij tot ons nemen, bepaalt wie wij zijn: echt of minder echt, gezond of ongezond. Zeer gebrekkig of meer heel…
Ook natuuridentieke voedingsmiddelen zijn chemisch. Het zijn stoffen die dus de natuurlijke nabootsen door een zelfde structuur en samenstelling. Alleen… licht, leven wordt er niet meegegeven, omdat de mens dat niet kan en nooit te nimmer zal kunnen! Dat vergeet men vaak of weet men niet! Deze onnatuurlijke stoffen lijken op natuurlijke stoffen die licht in zich hebben, maar zijn chemisch, dus dood. Ze hebben nogmaals geen enkel licht, leven in zich, waardoor ze in wezen gif zijn voor ziel en lichaam omdat ze eerder licht onttrekken omdat ze zelf tekort hebben!
Alles wat nog laag ontwikkeld is, of synthetisch is, is gemaakt uit heel egoïstisch bewustzijn, dat mega tekort aan licht heeft. Daarom wil het zich soms koste wat kost binden met iets dat wél licht heeft. Daarom geef je ook bijvoorbeeld chemo. Die giftige stoffen verbinden zich met het gelijke (met de tumorcel), maar willen tegelijk licht opnemen. Daarom kan het inderdaad zieke cellen doden, maar doodt en beschadigt het ook goede cellen!! Als iemands licht dan tekort is, is het lastig om door chemo beter te worden en brengt het eerder meer verval… Met een positief hoopvol eerlijk gemoed de chemo ondergaan, is dus van groot belang!
Bloed mag nooit gedronken, gegeten worden, omdat het altijd – afkomstig van dieren – lager bewustzijn betreft wat de mensenziel verontreinigt, maar ook het lichaam belast. We weten ondertussen ook dat het opnemen van bloed ons ziek kan maken. Inspuiten van dierlijk weefsel - al is dit miniem - kan ons voor altijd ziek maken en ons DNA vervormen (denk aan coronavaccin)! Bloedtransfusie kan alleen goed doen als de bloedgroep perfect past. Waar dit (vaker dan je denkt en bekend is, of wordt gezegd) niet zo goed past, kan het ons ziek maken en ons ook (later pas) verzwakken, al werden we er eerder mogelijk door gered. Denk ook aan bloed op bloed contact bij mensen waardoor (geslachts)ziekten worden overgebracht. Heel veel lichamelijke maar ook zielsziekten ontstaan – vaak op de langer duur – door het teveel vlees eten waarin het bloed - dus karaktertrekken van dieren maar ook de stoffen die angst teweeg hadden gebracht - nog aanwezig zijn! Halal slachten mag dan voor menig mens wreed lijken, maar is beter voor de mens en als het goed wordt uitgevoerd voor het dier veel minder bezwaarlijk dan men denkt. Is immers het bloed weg uit het dier – wat snel hoort te gaan – is de ziel vrij en is er geen pijn gewaarwording meer, wat je niet kunt zeggen als dieren op andere wijzen worden gedood. De bijbel geeft niet voor niets bepaalde wijzen om te doden aan. De mens begrijpt heel vaak niet meer waarom, waartoe iets zus of zo moet zijn en meent vaak dat zijn eigen visie beter is. Helaas betreft het vaak mensen die het geestelijke negeren en dus niet meenemen in hun denken en leefstijl.
Door goed te zorgen voor dieren, ontwikkelen zich betere karakters, dus meer makkelijkere, lievere, tammere dieren. Als zo’n dier overlijdt wordt namelijk het vrij gekomen bewustzijn van die ziel toegevoegd aan andere dieren, of ook soms aan een komende mensenziel die dan al een voordeel bezit, omdat een deel in haar dus al meer liefde had eigengemaakt (dit opnemen van de ziel van een dier voor een geboren te worden mens, betreft hier alleen de ziel van een natuurmens). Het is dus in meer opzichten van groot belang goed voor dieren te zorgen. Goed zorgen, betekent echter niet dat dier veronnatuurlijken, alles maar zielig te vinden, te pamperen met luxe kussens als huis of kasteel, meer plaats op de bank of in bed bij jezelf, tegennatuurlijke huisvesting of voedsel in plaats van het dier zijn prooi te laten vangen, alles maar laten voor het dier ten koste van jezelf enzovoort, maar het goed op te voeden, zoals je dat ook met een kind doet. Het ego moet dan niet worden tegemoet gekomen, maar het dier, of het kind moet ontdekken wat waar en goed is, het ego juist afleggen en de eigen wil ten goede ontwikkelen! Daarom is liefdevolle discipline, opvoeding in wat werkelijk écht en liefdevol is van wezenlijk belang!
Vlees van lager ontwikkelde (onreine) dieren eten, veroorzaakt vaak een allergie, die matige reactie tot gevolg kan hebben, maar ook ernstige.
Granen die andere structuren hebben dan ons delicater geworden lichamen kunnen hebben (verschilt van ras, persoon, staat en conditie), kunnen ook een allergische reactie oproepen, en ga zo maar door.
Als je drugs gebruikt, verdonker je je ziel waardoor je lichtkracht kleiner wordt en de ziel steeds minder verbonden wordt met haar eigen geest, maar des te meer kan komen open te staan voor beïnvloeding vanuit de geestelijke wereld. Verslaving is niets anders dan dat het lichaam van een aards mens die drugs wil gaan gebruiken of al gebruikt, wordt aanzet tot gebruik door overleden verslaafden, opdat ‘hun lichamen’ (hun geestelijke lichamen dus wel te verstaan) er zich goed bij voelen. De ziel wordt echter steeds donkerder en verzwakt. Ze wordt dan dus steeds meer krachteloos, waardoor ze meer slaaf wordt van haar lichaam en diens noden en al wat er voor nodig is om dat lichaam haar zin te geven. Ook de overleden verslaafde blijft zitten in de sfeer van haar hunkering en komt er niet los van als zij hier niet om vraagt.
Ook tanken dan vanuit de geestelijke wereld overleden verslaafden mee. Ze zetten de openstaande mensenziel ertoe aan toch maar te gebruiken vaak onder dreiging van hel en verdoemenis, ernstige gebeurtenissen die er zullen gebeuren als de ziel een andere weg zal inslaan…
Dieren zijn onrein als ze bewustzijnsaspecten bevatten die een mens belasten, ziek maken, het leven moeilijker maken of ongezond maken. Wil de mens Gods kind zijn, zal hij hier iets voor over moeten willen hebben. Dat is het zoveel mogelijk leven in zuiverheid, dus het lichaam zuiver houden of maken om zodoende een beter onderdak, behuizing te bieden voor de inwonende geest van God en die van zijn ziel.
Wanneer het verschil tussen lichaam (behuizing) en ziel (inwoner) te groot wordt, zal het lichaam moeten worden losgelaten en moet de ziel eruit. Zij komt dan – als het lichaam voortijdig is losgelaten door roekeloos gedrag uit vrije wil, maar ook slaafse lichamelijkheid en materialisme – voortijdig vrij en moet dan in de geestelijke wereld alsnog de weg van loutering (zuivering, schoonmaak van ego, materialisme) gaan, wat een grote, ook nare omweg kan betekenen. Een mens ontkomt dus nooit aan wat lastig is, door hem niet gewild wordt en wordt ontweken of voorkomen (door b.v. zelfdoding of euthanasie)!
Een kind van God:
-wil als het goed is een meer directe weg;
-staat open voor de levenslessen van God;
-leeft dit leven op natúúrlijke wijze zoals God dit in hem wil;
-aanvaard zijn natuurlijk doodsmoment met zoveel mogelijk liefde;
-geeft zich over in vertrouwen op God, waardoor hij het leven áánkan, ondanks wat er is, met als wegwijzer Gods adviezen en beloften op een betere wereld waar alle ellende ophoudt te bestaan.
- en oefent zich in dienstbaarheid en geduld. Daar horen ook Gods voedingsadviezen bij.
God heeft nooit gezegd dat een mens geen dieren mag eten. Wel heeft God gezegd dat al het goede met mate en dankbaarheid gegeten dient te worden en dat op de keper beschouwd niets dat de mens binnengaat (door de mond) hem verontreinigt, maar dat wat de mond uitgaat (dus wat de mens dacht) verontreinigt als dit in liefdeloosheid is gedacht, gewild en gedaan.
Toch heeft God gezegd dat vlees in volgende volgorde beter is voor de mens: gevogelte – vis – schaap – rund. Wilde dieren en welke in Leviticus genoemd zijn, dus niet. Waarom is dit zo? Omdat het bewustzijn van deze diergroepen meer vast, egoïstisch is. Dit zien we door het soort eiwit van dat vlees te onderzoeken. We zien daarbij dat eiwit van rundvlees minder makkelijker te verteren is dan kip of vis enzovoort. Een mens die weinig daadkracht heeft, maar wel sterk is of juist (lichamelijke) kracht nodig heeft, kan zich verrijken door wat meer rundvlees te eten. Het moet dan overigens goed klaargemaakt, goed gebraden, en liefst gestoofd, soms eerst gemarineerd met bepaalde kruiden zodat het eiwit al ‘voor verteerd’ is, dus in kortere ketens uiteengevallen is, waardoor het beter kan worden opgenomen. Daarbij is het ook weer van belang dat de mens een gezonde spijsvertering heeft om de aminozuren (bouwstoffen) en andere stoffen op te kunnen nemen. Allerlei factoren bepalen dus uiteindelijk of iets iemand bekomt, het beter of minder gunstig voor iemand is. Ook het doormaken van ziekte, het hebben van een kwaal kan bepalend zijn voor het wel (voor een tijdje) eten of juist onthouden van bepaald vlees of groente, of fruit. Je moet dus heel individueel bepalen wat goed of minder goed is voor iemand. Ook in fasen kan het geschikte voedsel anders zijn.
Fruit, vruchten, zaden en noten bestaan altijd uit rijper bewustzijn dan de groente of de boom, struiken waar zij vanaf komen. Het is wel zaak om ze rijp te eten. Deze groep vruchten en zaden zijn heel rijk aan hoog ontwikkeld bewustzijn omdat zaden en vruchten immers het nieuwe leven in de kiem bevatten. Groente bestaat weer uit rijper, vrijer bewustzijn dan dierlijk vlees. Een ei is lichter verteerbaar dan het vlees omdat het uit de kip voortkomt en ga zo maar door.
In deze tijd wil men dat de mens gevoed zal gaan worden met labvoedsel, dit vanwege een zogenaamd dreigend voedsel tekort. Het betreft dan eiwitten uit genetisch gemanipuleerde stamcellen van dierlijk vlees of maden, wormen, insecten enzovoort. Te begrijpen valt, dat dit voedsel hoogstens dient voor ons meest grove lichaamsdelen, maar ons nooit in staat stelt licht en bewustzijn van hoger orde op te doen, omdat er geen enkel sprankje licht in dit voedsel aanwezig is. Het is duivels om dit te ontwikkelen en dit voor het volk te willen. Zo is dat met overigens allerlei genetisch gemanipuleerd voedsel of materiaal dat door het lichaam of de ziel kan worden opgenomen. Heel veel kunststoffen, (PCB’s, kunstmatige hormonen), maar ook straling van allerlei soort maken de mens ziek, al wordt dit nog steeds niet goed erkend.
Bij chemische voeding, genetisch gemanipuleerde ‘voeding’, heeft men bewustzijn toegevoegd en eruit gehaald zogenaamd heel goed uitgekiend, maar men heeft geen snars verstand van wat men in wezen aan het doen is en overziet, bedenkt zich niet de gevolgen die er zullen zijn voor de mens in het algemeen, maar zeker ook voor de meer verlichte, bewuste mens die natuurlijk wil leven volgens liefde en dienstbaarheid. Het geestelijk aspect van voeding wordt hierbij geheel genegeerd en verwrongen. Zou de mens gedwongen worden dit mensonwaardig laboratoriumvoedsel te eten, dan zou het droef gesteld zijn met de kwaliteit van mensenzielen en hun lichamen en zullen veel mensen verloren gaan aan het donker. Oké, het gaat om liefhebben, maar wanneer men natúúrlijk voedsel tot enkele mensen voorbehoudt en het volk - de gewone man - moet maar laboratoriumvoedsel eten, dan dooft snel alle licht in de ziel uit omdat er nu eenmaal een niet te negeren wisselwerking bestaat tussen lichaam, geest en ziel die allen hun juiste voeding moeten krijgen, willen zij de mens vormen tot het wezen dat zij nog steeds door God bedoeld zijn te zijn! Waar men uit eigenbelangen ‘dwingt, opdringt om tegennatuurlijke voeding op te nemen of leefstijl te ondergaan, is men liefdeloos - goddeloos - bezig en heeft dit destructief, ontwrichtend, ziekmakend leven tot gevolg en zullen meer zielen lijden en hun doel niet meer bereiken!
Allerlei ziekten zullen de kop opsteken, maar allicht zullen de voorstanders op voorhand zeggen dat er geen te bewijzen samenhangen tussen oorzaken en gevolgen te vinden zijn! Het verstand zonder hoger bewustzijn – al is de kennis nog zo vernuftig – zal het altijd beter denken te weten, maar beseft niet hoe ver zij naast de waarheid zit. Een dergelijk kil en klinisch verstand zal zichzelf het slimste vinden en geen oren hebben naar klein en bescheiden zijn en een hoogste Intelligentie boven zich erkennen. Sterker nog, het zal het hartsverstand belachelijk maken, kleineren en negeren, dus roependen proberen te laten zwijgen (dat zien we ook nu met het niet willen erkennen wat het gevolg is van de coronavaccinaties).
In tijden van schaarste en honger kan een mens die rustig van gemoed is, langer in leven blijven op redelijk gezonde wijze, als hij vol van licht zit. Dat is niet mogelijk voor veel mensen die niet eens meer weten dat zij lichtwezens zijn en ook nog eens denken God niet nodig te hebben met Zijn adviezen.
In wezen zou een mens zelfs gif moeten kunnen hebben. Dat kan al lang niet meer voor de doorsnee mens omdat de ziel al zó verdicht en de lichamen al zó materieel geworden zijn bij vergeleken het grote licht dat de oerzielen en lichamen nog waren en bezaten. De mens is teveel van het natuurlijke wezen dat hij (nog steeds) bedoeld is te zijn, af gegroeid.
De gemiddelde moderne mens is al zo veel meer gaan bestaan uit meer materieel bewustzijn, waardoor hij ook behept is met allerlei kwalen en ziekten. Wie sterft nu nog aan gewone ouderdom. Wie heeft nog nooit een ziekte meegemaakt? Wie gebruikt geen pijnstillers, antidepressiva, medicatie of hulp- en genotsmiddelen om er maar een beetje het leven in te houden, te kunnen doorzetten of pijn op de achtergrond te dringen?
Het materialisme, hangen aan overvloed, alles maar willen hebben, kunnen doen en genieten, hebben ervoor gezorgd dat de ziel in de kou staat, maar ook de lichamen verzwakt zijn en vol zitten met bezwarend beperkend bewustzijn, dat wordt verstopt, verdrongen door pillen, weggesneden door operaties, vergiftigd door chemo enzovoort. Allemaal remedies waarbij nóg liefdelozer bewustzijn het zieke belastende bewustzijn moet weghalen, maar in wezen niets goeds toevoegt, tenzij… de ziel toeneemt aan bewustzijn door het verdrietige moeilijke ziekte- en herstelproces.
Ook kan dat toegevoegde chemische medicijn dat altijd bestaat uit negatief liefdeloos bewustzijn veel bijwerkingen hebben, wat op haar beurt weer andere zwakten blootlegt die op hun beurt – niet gewild en niet begrepen – weer worden onderdrukt. En.. wat je onderdrukt is niet weg, maar kan niet meer worden gebruikt om er door te groeien.
Het kan zelfs zover gaan dat het een met het ander wordt ‘opgevangen’ maar uiteindelijk doodt.
Dikwijls is de lichamelijke dood gevolg van een opeenstapeling van ongekende, onbewust gebleven of gemáákte pijn, verdriet, onderdrukte niet herkende, begrepen signalen van de geest die dus werden genegeerd en overschaduwd door schijnbare, tijdelijke gezondheid en heelheid….
Waar er toevoeging is van natúúrlijk bewustzijn, is er vaak meer kans van overleven, maar is de weg langzamer en ook niet altijd eenvoudig, omdat er ook veel afgezien moet en er veel schoongemaakt wordt, wat ook inhoudt dat de mens zijn leven betert en offers brengt in de vorm van het niet meer herhalen van karakterfouten, liefdeloosheid jegens zichzelf of de ander, maar hij voortaan ook bepaalde voeding laat staan omdat dit ziek maakt of genezing in de weg staat. Ook is er doorgaans te weinig biologische voeding - dus voeding rijk aan zuiver licht - voorhanden of… betaalbaar!
Hoe het ook zij, voeding kan een mens beter maken of ook ziek maken. In de bijbel staan er talloze adviezen die de mens wel degelijk helpen op weg naar meer licht en heelwording. De mens moet echter bereid zijn om het verstandelijk denken te laten ontstaan uit de geest van zijn hart dat dikwijls gevoelsmatig (intuïtief) laat weten welke voeding wel of niet goed is voor altijd of voor een periode.
Vasten helpt ook goed als iets waarbij de mens zich ontdoet van ballast, ziekmakende stoffen die men virussen noemt.
Virussen (in de lucht verblijvende minideeltjes van eiwitten of eiwitachtige stoffen) die worden uitgescheiden tijdens het leven door allerlei levensvormen als organismen, planten, dieren en mensen, kunnen nooit een ander ziek maken, maar kunnen wel bij het eigen organisme ziekte veroorzaken als er een teveel ontstaat. Het inspuiten van daarop lijkende stoffen (wat men doet als men een verkeerd begrip heeft van wat een virus is en dit ziet als ziekmakend bij voorbaat) kan het lichaam dusdanig in de war maken, dat de afweer tegen het lichaamsvreemde wordt verstoord en er een ernstigere ziekte kan ontstaan al is dit op de langere duur en soms ook sluipend, naast ook acute verschijnselen.
Voorkomen is beter dan genezen. Wanneer mensen hun ziel en lichaam onthouden van belastende stoffen, ontstaan er minder virussen, waardoor deze ook minder ziek maken. Waar de afweer wordt verbeterd door toename van bewustzijn in ziel en lichaam, zal er minder ziekte door bacteriën, schimmels of belastende stoffen zijn en de ziekte die er is makkelijker te ondergaan en te genezen zijn. Waar de mens denkt door chemische stoffen virussen te elimineren, komt men bedrogen uit. Het kan zijn dat het lijkt alsof een ziekte niet meer kan ontstaan door de bijvoorbeeld enting, maar op de lange duur kan het lichaam toch verzwakken omdat de belastende stof er niet uitgewerkt is, maar er eerder een toename van belastend, zelfs giftig bewustzijn was bovenop de al aanwezige ‘vervuiling’. De mens wordt dan inderdaad vatbaarder voor allerhande virussen, voor hem bezwaarlijke eiwitcombinaties.
Het eten, drinken van reinigende natuurlijke stoffen, sappen, vol leven, dus het opdoen van zoveel mogelijk licht dat het leven ÍS, het DOEN van zoveel mogelijke belangeloze liefde, zijn de beste waarborgen voor een zo gezond mogelijk leven, het voorkomen of zelf genezen van allerlei ziekten en kwalen. Dat daarmee niet alles - en soms ook veel niet - te voorkomen is, ligt aan wat de ziel nodig heeft aan lesmateriaal om te kunnen groeien in liefde en licht. Immers, door het hebben van de kwaal, het moeten zien om te gaan met de eigen lastige karaktertrekjes, noden van het lichaam, de interactie met medemensen, dulden wat niet gewild wordt, leert de mens beter te leren wat de wil van de geest van God in die mens wil en hoe die mens het meest echt kan worden zoals God dit in hem wil. En herziet hij zijn leefstijl en gedachten over wat werkelijk belangrijk is. Hij - de mens die dit wil - behoort altijd nog tot het volk dat God thuis wil halen in het beloofde land, uit het land dat het gevangen hield. En.. wie wil dit nu niet? Wilde dieren in welke zin dan ook, zijn voor hem dan geen grote bedreiging meer...
Gera Hoogendoorn-Verhoef