Voorstellen

Gera Hoogendoorn-Verhoef is in 1955 geboren in Nieuw-Amstel, tegenwoordig Amstelveen.
De boerderij waar zij opgroeide, gaf haar de gelegenheid dicht bij en met de natuur te leven.
De bewondering voor deze natuur en de orde in de – voor veel mensen - ogenschijnlijke chaos
deden haar al jong beseffen dat de gehele schepping een schepping van God is,
van oneindige Liefde en Wijsheid.

Van kind af wist zij dat zij ‘van God zou gaan vertellen en boeken zou schrijven’. Ze was altijd in het land te vinden, hielp graag met van alles mee op de boerderij en voelde zich het beste buiten in de natuur, was graag alleen en onderzocht van alles en tekende veel. Door goed te observeren en na te tekenen ontwikkelde zij het vermogen om de zichtbare en onzichtbare samenhang der dingen in te zien en aan te voelen. Zij wilde mensen daarvan bewust maken. Door haar ervaringen en interesse in biologie en archeologie, filosofie, godsdienst volgde zij aanvankelijk een HBO-studie Natuurgeneeskunde en had jaren een eigen praktijk. Door heel veel zelfstudie heeft zij zich veel belangrijke kennis kunnen eigen maken,  waardoor inzichten in, en verbanden tussen het geestelijke en het materiële bevestigd werden.

Het later maken ‘in stromen’ van intuïtieve tekeningen die velen mandala’s zouden noemen, het schrijven van teksten daarbij en later hele verhandelingen in haar opkomend, deed haar beseffen dat zij nu dan bezig was met wat zij als kind al wist: het waren de mogelijkheden om met mensen over geestelijke zaken in contact te komen en hen bewust te maken van het Goddelijke, van het hoe en het waarom van het leven en de afkomst, doel en uiteindelijke bestemming van de mens. Met behulp van haar boeken, lezingen, cursussen en workshops hoopt Gera dan ook mensen te helpen de weg te vinden naar het Leven. Zij kwam tot het inzicht dat innerlijke kennis en intuïtie groeien bij het zich willen verbinden met de Bron die Gera God noemt. Het hoger weten krijgt dan ruimte. Het verstand herkent de waarheid en de kracht ervan  waardoor veroordelen kan worden overstegen. Wanneer de mens God ‘gebruikt’, kan zijn diepste wezen tot uitdrukking komen en kan hij ‘in zijn eigen kracht komen’ en tot zoveel meer in staat zijn.

Dit in contact komen met je diepste drijfveren en daar vorm aan geven is het weerspiegelen van het Goddelijke, dat in ieder mens aanwezig is, zij het vaak verstopt onder lagen van ongeloof, verdriet, onwetendheid of verkeerd begrip en vooral verstandelijk beredeneren.

Het is de taak van ieder mens om deze kiem tot ontwikkeling te brengen door het goede uit God te willen en ook naar beste weten en kunnen daadwerkelijk te doen. Ieder mens heeft zijn unieke talenten en vrije wil gekregen om daar op een creatieve, scheppende wijze vorm aan te geven. Zo is ieder mens, met zijn individuele geaardheid, kansen en talenten een klein maar onmisbaar radertje in het grote scheppingswerk, dat de mens uiteindelijk terugvoert naar zijn Oorzaak en Bron.